Dutch nouns starting with the prefix BE-: de or het? 40 examples including example sentences

Dutch nouns starting with the prefix BE-: de or het? 40 examples including example sentences

186 Lượt nghe
Dutch nouns starting with the prefix BE-: de or het? 40 examples including example sentences
Let me know more nouns with BE- in the comments! Timestamps 0:00 Intro 0:27 het bedrag 0:48 het bedrijf 0:56 het bedrog 1:05 het begin 1:14 het begrip 1:21 het behang 1:31 het beleid 1:40 het bereik 1:52 het bericht 2:01 het beroep 2:11 het besluit 2:21 het bestand 2:32 het bestek 2:41 het bestuur 2:51 het betoog 3:02 het bevel 3:13 het bewijs 3:22 het bezit 3:32 het bezoek 3:43 het bezwaar 3:55 BE-nouns with "het" vs "de" (number of syllables!) 4:25 de bediening 4:35 de bedreiging 4:44 de begrafenis 4:54 de begroting 5:06 de behoefte 5:17 de bejaarde 5:28 de bekeuring 5:39 de belangstelling 5:51 de belasting 6:02 de belediging 6:10 de belofte 6:21 de berekening 6:31 de beschaving 6:42 de beschrijving 6:50 de beschuldiging 7:00 de beslissing 7:10 de bestemming 7:20 de betaling 7:30 de betekenis 7:41 de bevolking 7:51 question!